Kant
bro, Kant giz! (honderd landstreken, honderd keuzen)
In Bretagne is de keuzevariëteit van kostuums
inderdaad buitengewoon.
Alleen al in 't Land van Cornouaille (west
Bretagne) bestaan er niet minder dan dertien
verschillende kostuums.
Ware kunstwerken zijn het, de boordversiersels, de
fluwelen en zijden linten.
Zij vertonen geraffineerde en uiteenlopende motieven.
De verscheidenheid ontstond bij het zoeken naar
nauwkeurigheid in de klassieke volkstekeningen.
Maar ook door een bepaald patroon te verwezenlijken:
door een bijzonder motief te vereenvoudigen, of
meerdere lagen toe te passen, of het te verzwaren.
Tot iets meer dan vijftig jaren terug werd, op het
platteland, de hoofdtooi nog gedragen.
Dit gebruik stierf echter uit, samen met de ouderen die
ze dagelijks droegen.
Jonge vrouwen verkozen de moderne kleding boven de
verouderde kostuums,
waarvan de kostbare zware fluwelen en geborduurde
satijnen rokken een onderdeel vormen.
De bewoonsters van Bigouden, evenwel, blijven hun
"mijter" trouw.
Deze heeft intussen de vorm van een klokkentoren
aangenomen, daar waar die van Quimper kleiner wordt.
In de landelijke kantons van Finistère en
Morbihan vertonen de kerken, op zondag, een waar
schouwspel van kraakwitte hoofddeksels.
(Merci à Chrisje pour cette
traduction)
|